De Ecolo-Groen-fractie wil toekomstige regeringen verplichten om tijdens de volgende legislatuur systematisch een fietsplan toe te passen. Het doel is dat weldra 25% van de dagelijkse verplaatsingen met de fiets wordt gedaan.
Sinds haar toetreding tot de federale regering heeft de fractie Ecolo-Groen geprobeerd het gebruik van de auto te beperken en de fiets te bevorderen. Technisch gezien heeft het plan BE-CYCLIST al verschillende resultaten voor de tweewieler opgeleverd. Terwijl de minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) werkt aan de infrastructuur, hebben de minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) en de minister van Justitie, Vincent Van Quickenborne (Open VLD) gewerkt aan het probleem van fietsdiefstal, terwijl de kabinetten van Volksgezondheid, Financiën en Arbeid nieuwe regels hebben ingevoerd voor een compensatie voor woon-werkverkeer met de fiets.
Nog verder gaan
De Groenen hebben ook een wetsvoorstel in die zin ingediend dat “fietsbeleidsdoelstellingen, acties en uitvoeringsmaatregelen van ministers vereist in aangelegenheden die onder hun bevoegdheid vallen om de ontwikkeling van de fiets te bevorderen en te ondersteunen.”
Binnenkort een op de vier ritten met de fiets?
In dit kader wil Ecolo-Groen ook de oprichting van een federale “Fietscommissie” die zich uitspreekt over het besliste en uitgevoerde beleid. Dit orgaan zou samenwerken met actoren op het terrein, zoals verenigingen die campagne voeren voor de fiets. Ecolo-Groen voert uiteraard meerdere argumenten aan om dit principe op te leggen: vermindering van CO2 en files, maar ook een beperking van het aantal doden, want volgens de Groenen zou meer fietsen “1.472 doden per jaar vermijden.” En ook de economie wordt niet vergeten, omdat het grotere gebruik van de fiets ook banen zou creëren. De fractie schat dat de economische waarde van het repareren of verkopen van fietsen tegen 2030 tot 2.100 banen kan opleveren. Leuk, maar is dit voldoende om de bevolking te dwingen om 25% van hun ritten met de fiets te doen?