Jorge Martin, Pramac Racing
De openingsfase van de sprintrace draaide uit op een chaotisch tafereel met meerdere incidenten. Brad Binder trok zich daar aanvankelijk weinig van aan door vanaf de vierde startpositie kopstart te pakken, voor Martín, de gebroeders Márquez en Francesco Bagnaia. Diezelfde Bagnaia zou in bocht zes even wijd gaan en een plek verliezen aan Bezzecchi, die deze plek in bocht acht weer teruggaf door zelf wijd te gaan. Dat was ook de plek waar de race van Aleix Espargaró na een crash vroegtijdig ten einde kwam, terwijl Jack Miller in de laatste bocht onderuit gleed. Martín had op dat moment de leiding al overgenomen van Binder, die in de tweede ronde in bocht negen ook opzij werd gezet door Marc Márquez.
Binder probeerde in de laatste bocht echter weer terug te slaan, wat de deur opende voor Álex Márquez om P2 even over te nemen. Een bocht later was die alweer in handen van zijn oudere broer en teamgenoot bij Gresini, terwijl Bezzecchi, Binder en Bagnaia aldaar met elkaar in het gedrang raakten. Het leidde tot contact tussen Bezzecchi en Bagnaia, waardoor laatstgenoemde onderuit ging en de tweede uitvaller van de dag werd. Vooraan trok Martín zich niet van die schermutselingen aan door een gaatje van meer dan een seconde te slaan richting de achtervolgers. Fabio di Giannantonio viel aan het einde van de derde ronde weg uit die groep door een schuiver in de laatste bocht.
Márquez pakt leiding, maar crasht daarna
Het bracht Pedro Acosta naar de tweede positie, terwijl Maverick Viñales de derde positie in handen kreeg. De Aprilia-rijder, winnaar van de laatste twee sprintraces, gaf die plek vervolgens weer weg door in de tiende ronde zelf onderuit te gaan. Hierdoor belandden meerdere Honda’s in de punten, maar uiteindelijk zouden zij de korte race toch puntloos afsluiten. In de slotronde gingen eerst Luca Marini en Stefan Bradl onderuit, in de laatste bocht gevolgd door Johann Zarco.
Het gebeurde allemaal ver achter Martín, die zijn hoofd wel koel hield, de overwinning pakte en daarmee zijn WK-leiding verstevigde. Acosta mocht op drie seconden als nummer twee mee naar het sprintpodium, terwijl Fabio Quartararo erin slaagde om Dani Pedrosa af te houden in de strijd om de derde positie. Franco Morbidelli stelde de vijfde plaats veilig, gevolgd door Raúl Fernandez op de zesde plek. Marc Márquez herstelde zich nog door zevende te worden, ondanks een late botsing met Joan Mir. De Honda-rijder moest genoegen nemen met P10, want ook Augusto Fernández en Miguel Oliveira eindigden nog voor hem. Takaaki Nakagami, Zarco, Di Giannantonio, Miller, Rins en Savadori waren de overige finishers in een sprintrace met maar liefst negen uitvallers.
De uitvallers en andere gecrashten krijgen zondag een kans om zich te revancheren tijdens de Grand Prix van Spanje. De race over 25 ronden begint om 14.00 uur.