Volgens Elon Musk komt de grootste bedreiging voor de concurrentiepositie voor elektrische auto’s uit China. Hij meent dat de Chinese constructeurs slimmer zijn, terwijl ze ook veel harder zouden werken om modellen en technologieën te ontwikkelen dan de Westerlingen. Klopt dat?
In deze gunstige context trekt Tesla alle registers open: het bedrijf plant verdere kostenreducties voor zijn winstgevendheid, terwijl het ook verwikkeld is in een prijzenoorlog om zijn hoge productie- en verkoopvolumes te behouden. En dat is nog niet alles: Tesla zal ook massaal investeren (3,6 miljard dollar is gepland) om de projecten van de Semi en de CyberTruck te realiseren.
Chinezen als voorbeeld
In deze context steekt Elon Musk zijn bewondering – en waarschijnlijk ook een beetje zijn angst – voor de Chinese constructeurs niet onder stoelen of banken. Want de sterke man van het merk is vandaag van mening dat zij de echte concurrentie vormen voor Tesla en dus niet de Westerse fabrikanten, met de Duitse merken voorop.
Echt de beste?
Elon Musk is sinds 2021 van mening dat Chinese fabrikanten het meest concurrentieel zijn, ook op vlak van software-ontwikkeling die nu essentieel zijn voor auto’s en vooral de elektrische modellen. Hij prijst ook de Chinese werknemers die volgens hem harder en slimmer werken. Het bewijs? Ze aarzelen niet om overuren te maken, vaak tijdens de lockdowns door Covid-19. Vanuit het oogpunt van de werkgever is dit natuurlijk een voordeel, vooral in een land waar de rechten van werknemers eerder symbolisch zijn.
Een andere strategie
Het lijdt geen twijfel dat de Chinezen machtiger worden. Want ze zijn natuurlijk ook de eersten na Tesla die de industrialisatie van de elektrische auto onder de knie krijgen. En dus de kostenreductie die daarbij hoort. In deze context zijn het ook de Chinese fabrikanten die Elon Musk hebben gedwongen zijn prijzen over de hele wereld te verlagen om concurrentieel te blijven. Zal dat lonen? Dat valt af te wachten, want in een tijd waarin Tesla een strategie van volumes en kostenreductie hanteert, kiezen de Europese fabrikanten net voor de tegenovergestelde aanpak nadat ze in het verleden de prijs van deze race naar volumes hebben betaald. Renault, Peugeot, Volkswagen en anderen proberen een waardestrategie te implementeren met verhoogde marges op elk geproduceerd model. Het valt nog te bezien wie er ongelijk en gelijk heeft. Maar zeker is dat we te maken zullen krijgen met Chinese fabrikanten die het voordeel hebben van bodemprijzen in een economische context die erg moeilijk blijft.