Auto

Zes Volkswagen cabriolets die er helemaal niet kwamen

zes volkswagen cabriolets die er helemaal niet kwamen

Vijf Volkswagen cabriolets die er helemaal niet kwamen

1. Typ 34 Karmann Ghia Cabriolet (1961)

De originele Karmann Ghia (Typ 14) was al sinds 1957 leverbaar als cabriolet, maar zoals alle modellen van Volkswagen uit die tijd stond het model nog altijd op het originele Käfer-chassis, het treffend genaamde Typ 1. In 1961 vond Volkswagen het eindelijk tijd voor iets nieuws, en werd de grotere Type 3 geïntroduceerd.

Net als voorheen kwam er een sportieve Karmann Ghia-variant. De ruimere, meer volwassen ogende auto luisterde naar de interne aanduiding Typ 34, en had beschikking over dezelfde ‘krachtige’ 1500-motor met maar liefst 45 pk. Het aanbieden van een open variant van de grotere Karman Ghia leek een no-brainer, maar het kwam niet verder dan twaalf prototypes. In plaats van een volledig open model bood Volkswagen in 1962 een variant met een elektrisch bediend open dak aan.

2. Typ 351 1500/1600 Cabriolet (1961)

Rond dezelfde tijd als de Typ 34 werd een open variant ontwikkeld van zijn donor: de Typ 3. De ‘ponton’-VW verscheen in 1961 als een moderne, ruimere update van de originele Käfer. Onder de noemer 1500 en 1600 moest de Typ 3 de betaalbare gezinsauto van de jaren ’60 gaan worden.

Een sexy open versie van die auto leek nogal overbodig, aangezien er nog altijd gewerkt werd aan de Typ 34 Karmann Ghia. Bovendien had Volkswagen met de Käfer Cabriolet al een betaalbare cabrio in de aanbieding. De business case voor de Typ 3 werd dus nooit echt gerealiseerd. Na 17 prototypes werd de productie gestaakt.

3. Typ 4 411 Cabriolet (1968)

Gezien de saga rond de 1500/1600 zou je denken dat ze bij VW even bij open varianten van gezinsauto’s weg zouden blijven. Nog geen zeven jaar later probeerden de ingenieurs het echter opnieuw met de Type 4. De grootste uitwerking van het bekende platform bleek opnieuw een goede basis voor een ruime gezinscabrio, maar opnieuw was er niet bepaald een gigantisch markt voor het model. Het enkele prototype werd meteen een museumstuk.

4. Jetta I 1.5 GLS Cabriolet (1980)

zes volkswagen cabriolets die er helemaal niet kwamen

Met de Golf I Cabriolet had Volkswagen in 1979 een echte hit te pakken. Het model was een revolutie na veertig jaar Kever-varianten en paste eigenlijk in vrijwel elke situatie. Dat succes smaakte naar meer bij de Duisters. In een poging een ruimere open auto op dezelfde technisch basis te creëren gingen de ingenieurs de originele Jetta te lijf.

Een voor de tijd luxe 1.5 GLS werd van zijn dak ontdaan en kreeg dezelfde rolbeugel als zijn kortere broertje. Met het dak naar beneden had de Jetta in tegenstelling tot de Golf nog een ruime kofferbak. Die unique selling point was echter niet genoeg om een productiemodel te overwegen. Het enige Jetta Cabriolet prototype heeft tegenwoordig een thuis in het Volkswagen-museum.

5. Corrado G60 en 2.0 Cabriolet (1989 & 1993)

In 1988 schokte Volkswagen de wereld met een gedurfd vervolg op de populaire Scirocco. Met zijn moderne looks, elektrisch verstelbare spoiler en de exotische G60-motor luidde de Corrado een nieuwe periode in voor het merk.

Aangezien de Golf Cabriolet zo’n succes was leek het een goed idee om ook bij de Corrado de zaag in het dak te zetten. In 1989 verscheen er een studiemodel met trotse G60 badges op de neus en staart. In werkelijkheid was het echter een lege showcar.

Het studiemodel werd verder niet opgepakt, maar inspireerde wel VW’s oude strijdmakkers bij Karmann. Vier jaar na het eerste exemplaar bouwde de specialist een tweede Corrado Cabriolet, dit keer compleet met motor. In plaats van een denkbeeldige 1.8 G60 kreeg de auto een 2.0 8V met 115 dikke pk’s in het vooronder.

6. Golf II, IV, V en VII Cabriolet

Oké, dit is een combi-deal. Een rode draad door het cabrioverhaal van Volkswagen is uiteraard de Golf. Tussen 1979 en 2016 was het model immers een relatief vaste waarde in het gamma. De unieke levensloop heeft er echter voor gezorgd dat er meerdere generaties overgeslagen zijn.

Het origineel bleef immers tot 1993 in productie, tien jaar na de introductie van de Golf II. Met een setje dikke plastic bumpers en een grotere brandstoftank maakte het merk zich er in 1984 makkelijk vanaf.

VW sloeg daarop een generatie over met de introductie van de III Cabriolet in 1994. Slechts vier jaar later kreeg het model een flinke facelift met de toevoeging van de neus van de Golf IV. De Golf ‘3.5’ Cabriolet mocht het vervolgens tot 2002 uitzingen, waardoor de vierde generatie in feite opnieuw overgeslagen werd.

Na vier jaar stilte volgde er geen Golf V Cabriolet, maar de hippe Eos coupe-convertible, met een (vrolijk lekkend) stalen klapdak. Dat model werd vreemd genoeg weer opgevolgd door een traditionele open Golf voor de zesde generatie. Een Golf VIII cabrio kwam er echter niet. Die rol werd namelijk toebedeeld aan de onooglijke T-Roc, die op hetzelfde chassis stond.

TOP STORIES