Joan Mir, Repsol Honda Team
Mir meent dat de 2024 RC213V iedere run een stukje competitiever wordt. “Ik heb het gevoel dat we dichterbij komen”, vertelt hij wanneer hij door Motorsport.com wordt gevraagd of er tijdens de tests grote stappen zijn gezet. “We staan niet waar we willen, maar ik zie zeker het potentieel. Sommige aspecten waar we vorig jaar minder goed op presteerden, waren tijdens de eerste testdag een stuk beter. Dat ik mijn rondetijd heb kunnen verbeteren zonder echt te pushen, betekent dat ik me op de motor beter en comfortabeler voel. Ik rem nog niet op het punt waar ik denk dat het kan, maar dat zullen we morgen [tweede testdag] moeten aanpassen. Ik kan er nu meer van genieten. Wanneer ik dat doe, denk ik dat ik snel kan zijn.”
Een achilleshiel van de Honda blijft – net als voorgaande jaren – het gebrek aan tractie. Helaas voor Mir lijkt er op dit gebied weinig progressie te zijn geboekt. “Eerlijk gezegd denk ik dat de grip en de tractie op het moment niet veel beter is” geeft hij toe. “Het is sinds Sepang niet veranderd. We moeten roeien met de riemen die we hebben. Ik denk dat er potentieel is, maar grip en accelaratie blijven ons zwaktepunten. Hiermee heb je ook een groter probleem tijdens de laatste rondes van de race. Je probeert te managen, maar de bandenprestaties droppen harder dan bij anderen”, aldus de Spaanse motorcoureur. Dinsdag wordt de laatste officiële testdag afgelegd, maar door de nieuwe concessiereglementen kan Honda gedurende het gehele seizoen doorgaan met testen.