Acht toffe auto’s die verdwijnen in 2024
1. Chevrolet Camaro
De ponycar van Chevrolet maakte in 2010 een comeback om de succesvolle Ford Mustang te bestrijden. Net als bij de originele generatie uit 1967 was de Camaro een beetje te laat op het feestje, maar werd het toch een succes. Uiteindelijk werd het model leverbaar in allerlei smaakjes, van viercilinder of V6 huurauto tot zevenliter V8 track special en zelfs een fabrieksdragster.
De Camaro kreeg in 2016 een nieuw platform onder de kont geschoven, maar bleef van buiten vrijwel identiek. De tweede generatie begon de oorlog met de Mustang en de Dodge Challenger echter definitief te verliezen. Vanwege de teruglopende verkopen en alsmaar strenger wordende emissie-eisen krijgt de klassieke Amerikaanse sportcoupe volgend jaar een nekschot. Chevrolet zou volgens de geruchtenmolen werken aan een volledige elektrische vierdeurs coupe als vervanger…
2. Audi R8
De tiencilinder werd drie jaar later alsnog toegevoegd, en werd voor de tweede generatie vanaf 2015 de enige optie. Als quattro, Spyder, RWD en GT wist de tweede generatie van de R8 door te bouwen aan het sportieve imago van Audi, zeker als LMS GT3. De raceversies van het model behoren tot de meest succesvolle in hun klasse.
Ondanks alles besloot Audi dit jaar een einde te maken aan de productie van de R8. De ouderwetse, natuurlijk ademende supercar past simpelweg niet in de klimaatneutrale, volledige elektrische toekomstplannen van het merk. Voor neefje Lamborghini Huracan is het ook einde verhaal, maar bij Lamborghini mogen ze nog even door. De opvolger zal namelijk de beschikking krijgen over een twin turbo V8 met elektrische assistentie.
3. Dodge Challenger
Net als zijn oude strijdmakker van Chevrolet moet ook de Dodge Challenger zich volgend jaar gewonnen gaan geven. Het model kwam in 2008 op de markt als antwoord op de herboren Ford Mustang, en vond meteen zijn eigen niche.
In tegenstelling tot de Mustang en de Camaro probeerde de Challenger namelijk niet mee te gaan met ‘moderne’ trends zoals remmen en bochten nemen. Ondanks de Mercedes-roots van het chassis was de Dodge nog een echte muscle car volgens het oude recept: een enorme motor in een goedkope auto, en verder niet moeilijk doen.
Met de Demon 170 werd de Challenger en zijn HEMI V8 echter uitgezwaaid. Onder de vleugels van megaconcern Stellantis stapt Dodge binnenkort over op een volledig nieuwe generatie elektrische ‘e-muscle cars’.
4. KIA Stinger
De KIA Stinger sloeg bij zijn onthulling in 2017 in als een bom. Het model was eerder geteased met een set concept cars, maar vrijwel niemand had verwacht dat KIA de Stinger ook daadwerkelijk in productie zou nemen. De sportsedan was de eerste serieuze aanval van het Zuid-Koreaanse merk op de gevestigde Duitse orde. Met auto’s als de Audi S4, BMW M340i en Mercedes C43 AMG als doelwit had de Stinger een hoop waar te maken.
Met een achterwielaangedreven platform en een geblazen viercilinder (255 pk) of V6 (370 pk) maakte de originele Stinger een goede indruk. De auto bleef echter een beetje een vreemde eend in de bijt, helemaal met de voor de Europese markt exclusieve tweeliter turbodiesel (202 pk). Vanwege het gebrek aan naamsbekendheid en de vreemde positie net onder de modellen van de Duitse drie werd de sportsedan geen groot succes. Als imagebooster deed het model echter zijn werk.
De Stinger krijgt naar verluidt in 2025 een opvolger. Helaas gaat het – zoals te verwachten – om een EV.
5. Dodge Charger
Net als de Challenger was de Charger in allerlei uitvoeringen samen te stellen : van een slome, comfortabele V6 familiesedan tot een vuurspuwende, supercharged, 700+ pk V8 widebody M5-killer. Naast functies als huurwagen en persoonlijke dragster was de Charger ook zeer geliefd bij Noord-Amerikaanse politiekorpsen. Het model sneuvelt echter om ruimte te maken voor een elektrische opvolger. Met de Charger Daytona SRT gaf Dodge al een voorproefje van de EV.
6. Mercedes-Benz CLS
De eerste generatie van de Mercedes CLS wordt door velen gezien als de aanstichter van de vierdeurs coupe-trend. De opvallend gelijnde E-klasse was bij zijn onthulling in 2004 dan ook echt een statement. Inmiddels zijn we echter twee minder geïnspireerd vormgegeven generaties en talloze copycats verder. Het vierdeurs coup-segment werd zelfs zo groot dat Mercedes met zichzelf begon te concurreren. Onder de CLS dook de CLA op, terwijl erboven een AMG GT 4-door verscheen.
Na jarenlang alle niches gevuld te hebben begint Mercedes nu juist weer te snijden in het gamma. Een van de slachtoffers is de CLS. Tegenvallende verkopen en de komst van een nieuwe E-klasse hebben het model overbodig gemaakt. Volgens de laatste berichten krijgt de CLS geen directe opvolger.
7. Chrysler 300
De Chrysler 300 is de meest fatsoenlijk en statige uitwerking van het LX-platform, waarop ook de Challenger en Charger gebouwd werden. De eerste generatie van het model uit 2005 vond gretig aftrek bij rappers en gangsters, een trend die met de tweede versie uit 2011 niet doorgezet werd. In Europa durfde FiatChrysler het wel even aan om de auto als Lancia Thema te verkopen.
Net als zijn wildere broertjes was de 300 leverbaar met dikke HEMI’s, maar het topmodel bleef bij een ‘bescheiden’ 6.4 met 485 pk. Spaarzame types konden in het verleden ook V6 diesels van Mercedes-Benz en VM Motori aanvinken. De ‘poor man’s Bentley’ is helaas het derde slachtoffer geworden van de elektrische revolutie bij Stellantis. Door het verdwijnen van de HEMI heeft de 300 eigenlijk ook geen bestaansrecht meer. Op basis van de Dodge Charger Daytona SRT zal er wellicht een volledig elektrisch opvolger gerealiseerd kunnen worden.
9. Maserati Ghibli
Aan de andere kant van Stellantis vinden we Maserati. De Italianen produceren inmiddels weer een supercar, maar moesten het jarenlang doen met een set vrij anoniem ogende sedans. De kleinste daarvan was de Ghibli. De sportieve 5-serie en E-klasse rivaal kwam werd al in 2013 in de showroom geparkeerd. Het basismodel was leverbaar met een 330 of 410 pk (Ghibli S) sterke drieliter twin turbo V6. Voor echte zakenlui was er een drieliter V6 turbodiesel met aanvankelijk 250 en later 275 pk.
Pas in 2020 werd het potentieel van de Ghibli volledig benut met de Trofeo. Het topmodel kreeg de beschikking over een 580 pk-versie van Ferrari’s F154 twin turbo V8. Een jaar later werd ook de onderkant van de markt bediend met de Ghibli Hybrid, een mild hybride model met een geblazen tweeliter viercilinder onder de kap.
Net als Mercedes heeft Maserati zich gerealiseerd dat de Ghibli eigenlijk in een veel te klein marktsegement opereert. De forse sedan is immers nauwelijks kleiner dan vlaggenschip Quattroporte, waarvan het ontwerp ook nog eens vrijwel identiek is. In een poging het gamma logischer te maken wordt de Ghibli aan de kant geschoven ten faveure van een ingekorte Quattroporte. Uiteraard zal dat model ook nog eens volledig elektrisch zijn.
