In principe laat Europa toe dat na 1 januari 2035 nog nieuwe auto’s verkocht worden met verbrandingsmotoren op synthetische brandstoffen. Duitsland heeft hard gestreden om deze aanpassing door te drukken. Maar is het een slimme beslissing? Zou energie-efficiëntie niet moeten primeren in de keuzes? Hoe efficiënt zijn e-fuels? We zoeken het antwoord.
Begin deze week keurde de Europese Raad eindelijk het verbod goed op de verkoop van nieuwe auto’s met verbrandingsmotor vanaf 1 januari 2035. In theorie zullen wellicht auto’s met verbrandingsmotoren in de showrooms blijven staan – weliswaar in beperkte mate – aangezien Duitsland en de Europese Commissie het eens zijn geworden over een wijziging van de richtlijn. Tegen het najaar van 2024 wordt een wijziging verwacht die de verkoop van nieuwe auto’s met verbrandingsmotor toestaat, op voorwaarde dat ze werken op koolstofneutrale synthetische brandstoffen.
Kwestie van productie
E-fuels worden ‘synthetisch’ genoemd omdat ze eenvoudigweg samengesteld zijn door enerzijds waterstof en anderzijds koolstof gecapteerd uit de atmosfeer of industriële installaties. Natuurlijk stoot e-fuel nog altijd CO2 uit, maar de brandstof wordt als neutraal beschouwd omdat ze niet meer CO2 uitstoot dan er eerder in het proces gecapteerd werd, merkt Francesco Contino, professor thermodynamica en specialist in energie en de energietransitie, terecht op bij onze RTBF-collega’s.
Groot verschil in rendement
De vergelijking is snel gemaakt: het is ongetwijfeld veel efficiënter om een elektrische auto te gebruiken. Zeker omdat de energieverliezen tijdens de productie van synthetische brandstoffen de balans nog meer doen kantelen, stelt Francesco Contino. Volgens de ICCT (International Council on Clean Transportation) bedraagt het energierendement van e-fuels maar 16 procent tegenover 70 procent voor een elektrische auto, vooral door de productiefase van deze brandstoffen, maar ook door de efficiëntie tijdens het gebruik (warmteverliezen in de radiator en de uitlaat).
Bovendien mag je niet vergeten dat deze synthetische brandstoffen nog maar aan het begin van hun ontwikkeling staan. Pas nu krijgen de onderzoeks- en ontwikkelingsafdelingen er belangstelling voor. Naast de industriële uitdaging is er ook een wetenschappelijke uitdaging: e-fuels verder ontwikkelen voor een beter rendement. Wellicht is het verhaal nog maar net begonnen…