Krijgt de Seat Mii een opvolger?
Foto: © Seat
Het is afwachten. Het is afwachten tot de grote automerken alleen nog maar emissievrije auto’s bouwen. Het is afwachten tot de verbrandingsmotoren worden verbannen. Het is afwachten totdat batterijen beter en goedkoper worden, en daardoor ook afwachten totdat er goedkope EV’s zijn met een acceptabele actieradius. Voor dat laatste moment is Seat extra geïnteresseerd.
Het Spaanse automerk leek op sterven na dood en leek ingehaald te worden door broertje Cupra. Maar de toekomst van Seat kan er rooskleurig uitzien. Kán, want het merk is afhankelijk van de ontwikkelingen in de markt. Seat-baas Wayne Griffiths wil dat het merk er als de kippen bij is wanneer Seat een elektrische auto kan bouwen die 20.000 euro kost en toch winstgevend is.
Cupra gaat geen Seats meer ombouwen
Cupra de Raval in het verschiet. Deze auto komt op hetzelfde platform te staan als de Volkswagen ID.2 en moet tussen de 25.000 en 30.000 euro gaan kosten. De productie van dit autootje moet in 2026 beginnen. Cupra en Seat werken volgens Griffiths naast elkaar ‘in perfecte harmonie omdat ze niet in elkaars vaarwater komen’. De twee merken zullen techniek delen, maar steeds minder op elkaar lijken.
Nu de focus op Cupra
De komende tijd wordt het wel wat rustiger met Seat Ibiza’s, Arona’s en Tarraco’s. Totdat de goedkope EV winstgevend is, gaat de Seat-groep zich richten op Cupra. ‘Mijn prioriteit is rendabiliteit’, zegt Griffiths tegen Autocar. Uit de cijfers blijkt de keuze voor Cupra logisch. Van de winst van ruim 600 miljoen euro kwam een groter deel van Cupra dan van Seat. Er werden ook meer auto’s met een Cupra-badges dan met een Seat-badge verkocht.
