Charles Leclerc, Ferrari F1-75
De meeste Formule 1-teams kiezen bij de benaming van hun auto’s voor continuïteit. Zo begon Red Bull Racing in 2005 met de RB1 en is het team inmiddels aanbeland bij de RB19, terwijl Mercedes in 2010 debuteerde met de W01 en dit jaar met de W14 gaat racen. Die consistentie is bij Ferrari al jaren ver te zoeken. Na de F14-T van 2014 stapte de renstal uit Maranello over op de SF15-T, gevolgd door de SF16-H in 2016. Met de SF70H en de SF71H bracht Ferrari in 2017 en 2018 een eerbetoon aan het jaar waarin het bedrijf werd opgericht, terwijl de SF90 van 2019 juist memoreerde aan het aantal jaren sinds de oprichting van het raceteam van Enzo Ferrari. De Ferrari-bolide van 2020 heette SF1000 omdat de renstal dat jaar voor haar 1000e F1-race reed, waarna de auto van 2021 SF21 werd genoemd.
De Ferrari F1-auto van 2022 droeg de naam F1-75 en bracht het team terug naar de strijd om de overwinningen. Met name in de eerste fase van het seizoen kon de Italiaanse formatie zich goed mengen in de strijd om de wereldtitel, maar in de loop van het seizoen bleek Red Bull Racing uiteindelijk een maatje te groot. Met vier overwinningen werd 2022 wel het beste F1-seizoen van Ferrari sinds 2018. Leclerc besloot het seizoen uiteindelijk op de tweede plek in het kampioenschap, terwijl teamgenoot Sainz iets meer moeite had om de F1-75 onder de knie te krijgen op weg naar de vijfde plaats in de titelstrijd.