Ferrari verbaasde twee jaar geleden vriend en vijand door het EU-verbod op verbrandingsmotoren publiekelijk te steunen. Ferrari voorzitter John Elkann noemde het voorstel zelfs een ‘kans om aparte en unieke producten te creëren.’
Het standpunt van Maranello viel totaal niet te rijmen met de status als voorvechters van de natuurlijk ademende V12. Uiteindelijk kreeg immers zelfs de Purosangue SUV een 6,5 liter twaalfcilinder mee.
Ferrari heeft opeens weer zin in verbrandingsmotoren: 'Geeft meer vrijheid'
Toch goed nieuws!
Onder druk van Duitsland, Italië en meerdere Oost-Europese lidstaten werd het verbod recent echter aangepast om CO2-neutrale e-fuels toch toe te staan. Daarmee is de verbrandingsmotor in theorie gered. Slecht nieuws dus voor Ferrari, zou je denken. De kans om unieke en aparte producten te creëren is nu immers vervlogen.
“Het goede nieuws voor ons als bedrijf is dat we naast de elektrische auto’s ook door kunnen gaan met onze modellen met verbrandingsmotor. De beslissing is heel interessant voor ons want het zal verbrandingsmotoren toestaan na 2036.”
Drie smaken
Puristische petrolheads kunnen echter niet meteen opgelucht ademhalen. Het is niet zo dat Ferrari opeens alle EV-plannen pardoes in de prullenbak gooit. Het merk moet de eerder ingeslagen richting gewoon blijven volgen. Dat betekent dat 80% van de modellen tegen 2030 alsnog elektrisch zal zijn. De modellen die hun V8 of V12 behouden zullen waarschijnlijk bovenin het gamma geplaatst worden als peperdure speciaaltjes:
“[De aanpak] verandert niet. We willen klanten niet vertellen welke auto ze moeten gebruiken. We willen drie soorten aandrijving beschikbaar maken voor ze – hybride, elektrisch en verbrandingsmotor, en zij zullen kiezen.”
