Europese Commissie wil strengere uitstootnormen voor wegverkeer, voor het eerst ook limiet op vervuiling door banden en remmen
Net voor de herfstvakantie kwamen de lidstaten en het Europees Parlement nog overeen om de verkoop van nieuwe voertuigen met een klassieke verbrandingsmotor vanaf 2035 te verbieden. Europa wil zo de uitstoot van broeikasgassen naar beneden krijgen in de strijd tegen de klimaatverandering. Maar de Europese Commissie wil ook de luchtvervuiling aanpakken en komt daarom met strengere uitstootnormen.
“Nu we het einde van de CO2-uitstoot voor de verkoop van nieuwe wagens vanaf 2035 hebben vastgelegd, moeten we de aanval openen op andere emissies”, verklaarde eurocommissaris voor Interne Markt Thierry Breton op een persconferentie. Hij wees erop dat luchtvervuiling door het wegtransport elk jaar verantwoordelijk is voor ongeveer 70.000 vroegtijdige overlijdens in Europa.
Ook banden en remmen mogen minder fijn stof veroorzaken
Nieuw is ook dat de Euro 7-norm de eerste ter wereld is die drempelwaarden invoert voor bijvoorbeeld het fijn stof of de plastic deeltjes die vrijkomen door het slijten van de banden en tijdens het remmen. Die onderdelen van de auto worden na het verdwijnen van de verbrandingsmotoren namelijk de belangrijkste bronnen van luchtvervuiling.
De nieuwe regels zouden ingaan vanaf juli 2025 voor auto’s en bestelwagens, en twee jaar later voor bussen en vrachtwagens. Maar het is eerst aan de lidstaten en het Europees Parlement om een akkoord te vinden over het nieuwe kader.
Kritiek, zowel vanuit milieuorganisaties als de auto-industrie
“Dit zal nog bijna 100 miljoen zwaar vervuilende auto’s op straat brengen die daar nog decennia zullen blijven”, zo klaagde experte Anne Krajinksa van T&E aan. Volgens de ngo heeft de Commissie de adviezen van haar expertengroep in de prullenmand gegooid en is ze helemaal door de knieën gegaan voor de autolobby. “De voorstellen voor auto’s zijn zo zwak dat de industrie ze zelf had kunnen schrijven”.
Dat blijkt alvast niet uit de reacties van de constructeurs. Vooral truckfabrikanten worden volgens ACEA, een Europese koepelorganisatie van de auto-industrie, hard getroffen door de nieuwe normen. Volgens ACEA dreigen de nieuwe normen ook de overgang te vertragen van vrachtwagens met verbrandingsmotoren naar elektrische alternatieven.
“Dat is niet goed voor het klimaat, de volksgezondheid en de industrie, zegt CEO Martin Lundstedt van Volvo. Ook ACEA-voorzitter en CEO van BMW Oliver Zipse is ontgoocheld. “De milieuvoordelen van het voorstel zijn jammer genoeg zeer beperkt, terwijl het de kostprijs van voertuigen sterk doet stijgen. Het focust op extreme rijomstandigheden die nauwelijks relevantie hebben in het echte leven.”
Breton vindt in de kritiek van beide kampen het bewijs dat de Commissie “het juiste evenwicht” heeft gevonden. De Franse eurocommissaris wijst erop dat de nieuwe normen ook een betere weerspiegeling zijn van de uiteenlopende rijomstandigheden op Europese wegen. Zo zouden de normen moeten gelden bij temperaturen tot 45 graden Celsius (nu 38 graden) en tot 200.000 kilometer of tien jaar gebruik (nu 100.000 kilometer en vijf jaar gebruik). Zo worden ook tweedehandsauto’s beter gevat.
De Commissie verwacht dat de baten voor het milieu veel hoger zullen zijn dan de kosten voor de consument. Ze raamt dat de nieuwe normen een meerkost van 90 tot 150 euro voor auto’s zullen betekenen, en ongeveer 2.700 euro voor bussen en vrachtwagens. Dat zijn volgens Breton geen bedragen die de consumenten zullen aanzetten om de aanschaf van een nieuw, schoner voertuig uit te stellen.
